© Ron Schrijver
1. Beantwoord de volgende vragen netjes in je werkschrift: 1. Hoe groot is het heelal? 2. Wat is een komeet? 3. Wat is een vallende ster? 4. Kunnen sterren uitdoven? 5. Is de zon een ster of een planeet? 6. Hoe warm is de zon? 7. Wat is een zonsverduistering? 8. Kunnen wij leven zonder zon? Noteer het nummer én de vraag met daaronder een compleet antwoord. Vind je antwoorden op het internet. Succes!
meester Ron
De Werkwinkel - digitale leeromgeving Groepen 5 en 6 Lessen 1 t/m 10
2. Beantwoord de volgende vragen netjes in je werkschrift: 9. Zien alle planeten er hetzelfde uit? 10 Is er leven mogelijk op Mars? 11. Waaruit bestaat ons zonnestelsel? 12. Waarom verandert de maan van vorm? 13. Hebben alle planeten een maan? 14. Wat is een maanverduistering? 15. Zijn er al mensen op de maan geweest? 16. Hoe wordt de ruimte verkend? 17. Wie was de eerste ruimtereiziger? 18. Hoeveel weeg je in de ruimte? Geheugentip: Mieke Vraagt Aan Meneer Jansen: Speurt U Naar Planeten? (Mercurius, Venus, Aarde, Mars, Jupiter, Saturnus, Uranus, Neptunus en dwergplaneet Pluto) Bekijk de filmpjes. Schrijf steeds de titel van het filmpje in je schrift en geef een korte omschrijving (3 á 4 zinnen per omschrijving). Dag en nacht - De heliostaat - Maansverduistering - Planetarium van Copernicus - Het heelal
3. Perspectief tekenen Beste leerlingen van de werkwinkel, Met perspectief tekenen geeft je diepte weer in je tekening. Alle lijnen in de tekening worden zo weergegeven dat ze naar één punt, of meerdere punten, lopen. Het is belangrijk dat je nauwkeurig werkt. Hoe nauwkeuriger je werkt, des te mooier het uiteindelijke resultaat wordt. Klik op de tekening en volg de instructies. Succes! meester Ron
4. Wiskunde Lineaire vergelijkingen
4. Wiskunde Lineaire vergelijkingen In deze les gaan we samen een assenstelsel tekenen en lineaire vergelijkingen uittekenen. Klik hiervoor op de afbeelding. Voor het vervolg en de oplossing klik hier Extra: Wie kan het volgende vraagstuk oplossen? De kosten voor het huren van een limo zijn gegeven in de formule B = 50u + 30. Hierin is B het bedrag in euro’s en u het aantal uur dat je de limo huurt. 30 euro is het startbedrag dat je sowieso betaalt. Hoeveel uur kun je de limo huren als je 180 euro betaald? En welke vergelijking hoort hierbij?
5. Spaans Beste leerlingen van de groepen 5 en 6, Spaans is een keuzevak in de werkwinkel. Maar omdat we het belangrijk vinden dat iedereen in ieder geval even snuffelt aan deze taal zijn de eertse twee lessen een verplicht onderdeel in het werkwinkelpakket voor jullie. Maar het is ook best leuk om wat Spaans te kunnen spreken. Als je nog een keer naar Spanje gaat op vakantie sta je tenminste niet met een mond vol tanden. En serieus, een vreemde taal leren betekent dat je geen informatie kan halen uit het Nederlandse woordenboek dat in je hoofd zit. En dat levert weer veel mooie nieuwe verbindingen op tussen hersencellen en hersengebieden. En dat is toch ook mooi meegenomen.
Lees de uitleg goed door. Oefen dan op de uitspraak met behulp van het audiofragment. Leer de Spaanse woorden en de betekenis uit je hoofd. Overhoor jezelf eerst van het Spaans naar het Nederlands en dan andersom. Misschien is er iemand thuis die het ook leuk vindt om wat Spaans te leren. Dan kun je samenwerken en elkaar overhoren. Lukt het goed dan zou ik het superleuk vinden om daar een filmpje van te ontvangen. Geef daarbij even aan of we die ook op de site mogen zetten. Veel succes en vooral veel plezier! meester Ron
Audiofragment les 1a
6. filosofie Cogito ergo sum … Ik denk dus ik besta. Wat het antwoord is op de vraag: “Wie ben je?” is door veel wetenschappers onderzocht. De Amerikaanse psychologen Manford Khunn en Thomas Portland ontdekten in de jaren vijftig van de vorige eeuw dan het antwoord afhangt van degene die het aan je vraagt. Zij vroegen proefpersonen om twintig keer een antwoord te geven op de vraag: “Wie ben ik?” En dat vraag ik jullie ook. Probeer deze vraag te beantwoorden, in gedachte, vanaf verschillende plaatsen en gevraagd door verschillende personen: in de werkwinkel door een klasgenootje of de meester; je klaslokaal; de sportclub; het schoolplein; thuis bij je familie; je eigen kamer; de camping; bij je vrienden of vriendinnen; bij een eerste kennismaking. Maak er een mooie opsomming van. Je hebt de uitwerking binnenkort nodig. Succes!
7. Logisch denken - F1 Lees de tekst goed door en bekijk de kaart van het eiland zorgvuldig. Schrijf de antwoorden als hele zinnen in je aantekenschrift of download het werkblad en maak het daar op. Succes!
8. Leren studeren - Hoofd- en bijzaken Beste jongens en meisjes van de werkwinkel, Dit is een belangrijk onderdeel in het leren studeren. Als je goed hoofd- en bijzaken kunt scheiden zul je informatie beter begrijpen. Je zult gemakkelijker leren omdat je geen energie hoeft te steken, en geen geheugenruimte hoeft te gebruiken, voor de niet belangrijke zaken. We gaan het herkennen van hoofdzaken op allerlei manieren oefenen. Vandaag doen we dat met woordrijtjes. Dat lijkt niet veel werk, en dat is het ook niet. Maar ik verwacht daarom van jullie dat je er extra goed je best op gaat doen. Denk bij ieder rijtje goed na waarom iets een hoofd- of bijzaak is en onderstreep, of noteer, de drie belangrijkste onderdelen. Je kunt een werkblad downloaden, maar je mag het ook noteren in je aantekenschrift. Succes!
9. Feiten en meningen Bij veel dingen die je gaat doen in het leven is het belangrijk dat je goed de verschillen weet tussen feiten en meningen. Geloof me dat er heel wat wordt veroordeeld op niet feitelijke gegevens. Ook door volwassenen en zelfs soms door wereldleiders. In de psychologielessen hebben we al eerder over de , bewust of onbewust, ingekleurde zintuiglijke informatie gehad. Gelukkig kunnen we zowel feiten als meningen goed leren herkennen. En daar gaan we met deze les mee bezig.
10. Conclusies trekken (en kritisch zijn) Als we voor ons een auto zien rijden die het linker knipperlicht aan heeft, dan nemen we aan dat de bestuurder linksaf zal slaan. Dit is meestal wel een juiste conclusie, maar het hoeft niet. De bestuurder kan bijvoorbeeld per vergissing zijn knipperlicht nog aan hebben staan. In het dagelijks leven trekken we heel vaak conclusies, zonder dat we zeker weten of ze wel juist zijn. Hoe gemakkelijk we conclusies trekken kan misschien blijken uit de volgende oefening. Lees het verhaaltje hieronder maar eens door. ‘Een zakenman heeft nauwelijks het licht in de winkel uitgedaan of er verschijnt een man die geld eist. De eigenaar opent de kassa. De inhoud wordt uit de kassa gehaald en de man snelt weg. De politie wordt opgebeld. Zijn de volgende conclusies juist, onjuist of niet bekend? 1. Er verschijnt een man zodra de eigenaar het licht heeft uitgedaan. 2. De dief is een man. 3. De kassa bevat geld, maar in het verhaaltje wordt niet gezegd hoeveel. 4. De dief eist geld van de eigenaar. 5. In de winkel is het donker. 6. De man snelt met de inhoud van de kassa de winkel uit. 7. De politie wordt gewaarschuwd dat er een overval heeft plaats gevonden. Schrijf de conclusies plus antwoorden in je schrift. Bespreek vervolgens met een medeleerling welke antwoorden goed zijn. Noteer ook die uitkomsten in je schrift. Succes